Meditatie, 5 maart 2021

In de wolken

Laatst zag ik een interview met een al wat oudere man die nogal wat doorstaan had in zijn leven. Hij had vroeger een bedrijfsongeval gehad en had daarna met veel moeite weer leren lopen. Jaren later werd hij geschept door een bestelbusje en raakte één van zijn benen kwijt. Dus nu zat hij alsnog in een rolstoel. De interviewer bewonderde zijn moed en levenslust en vroeg waar hij die vandaan haalde. De man antwoordde: ‘De zon schijnt altijd achter de wolken. En die wolken blijven nooit op dezelfde plaats.’

Hoe simpel het ook lijkt – every cloud has a silver lining – ik vond het mooi wat die man zei. Zo onvoorspelbaar als onheil je kan treffen, zo kan ook het geluk je zomaar toevallen. Bijzonder als je dat kunt blijven verwachten.
Voor mij kunnen niet alleen de zon maar ook de wolken rustgevend en troostrijk werken. Inderdaad blijven ze nooit op dezelfde plaats. Oké, je hebt wel eens zo’n grijze dag of een paar grijze achter elkaar. Maar dan…
Het is misschien flauw om weer over corona te beginnen, maar in deze tijd van sociale en economische ‘stilstand’ zorgt de wisseling van de seizoenen voor de nodige dynamiek. En binnen die seizoenen is er dagelijks de dynamiek van de wolken. Altijd weer anders van vorm, hoogte, kleur en dichtheid. Buiten een paar hevige onweersbuien trekken ze geen aandacht. Ze zijn bescheiden, maar altijd in beweging.
Ik denk dat niemand de wolken mist op een strakblauwe voorjaarsdag. Maar na een hittegolf in augustus zijn we blij ze weer te zien. Al doen ze onze plannen in het water vallen!

De eerste wolken die ik in de bijbel kon vinden, waren de wolken die optrokken na de zondvloed. Daaruit ontstond de bekende veelkleurige boog. En de laatste wolken uit Openbaring zullen Jezus terug naar de aarde brengen, zo staat er. Maar tussen Genesis en Openbaring vormen wolken ook meermaals een bedreiging, of staan ze symbool voor verlaten zijn door God. In die metafoor zien we de zon juist als Gods aanwezigheid.

Een poosje geleden zat ik in de trein, en bedacht ik me dat wolken zulke trouwe reisgenoten zijn. Mits we niet naar de maan gaan, blijven ze altijd de bovenkant van het decor bekleden. Landschappen en culturen veranderen naarmate je verder reist. Maar de hemel kent talen noch grenzen. Zolang we op de aarde zijn, zijn we thuis onder het wolkendek.
In dat licht bladerde ik eens door de psalmen en zag meermaals staan: ‘Tot in de wolken reikt zijn trouw’, en ‘Zijn macht reikt tot boven de wolken’. Dat is een dichterlijke manier om te zeggen dat Gods trouw en macht eindeloos groot zijn. Want de wolken leken zeker in de tijd van de bijbel nogal onbereikbaar. Oké, inmiddels kunnen we erheen vliegen, maar ze veranderen kunnen we niet. Zoals de wolken trouw om de aarde heen blijven cirkelen, zó laat God zien dat Hij trouw is, dat Hij bescheiden is, ons zijn wil niet oplegt, maar altijd aanwezig is. Regen en zon, alles op zijn tijd en plaats, maar nooit saai. Wie omhoog kijkt, die ziet het.

Voor mij zit Gods trouw in beide, in zonlicht en in schaduw. En vooral in de onophoudende afwisseling daarvan. Ik ga de komende week eens vaker naar de lucht kijken. Doet u mee?

Christy Luth