Meditatie, 29 januari 2021

De ongelovige profeet

Laatst mocht ik bij een échte kerkdienst in de Martinikerk aanwezig zijn. We zaten in totaal maar met zo’n 10 mensen in die prachtige grote kerk. Het was bijzonder om mee te maken. Ik schrijf hier mijn wens en gebed op, dat alle gemeenteleden weer de kerken mogen vullen over niet al te lange tijd. Wat zou dat mooi zijn, we missen het!

Ik kan hier onmogelijk een goed beeld geven van het verhaal en de boodschap die de dominee toen voor ons had, maar één ding viel me op. Het ging onder meer over profeten, en wie nu eigenlijk de profeten van deze tijd zijn. Ik denk daarbij al gauw aan christenen die een groot deel van hun tijd een missionaire invulling geven. De christenen waar ik wel eens ‘tegenop’ kijk. Mensen bij wie het geloof zo op de voorgrond aanwezig is, dat je er niet omheen kunt als je hen ontmoet.
Deze dominee koos voor een andere groep mensen. Hij noemde ‘de grote drie’ Vlaamse psychologen/denkers de profeten van nu. Het gaat om Damiaan Denys, Paul Verhaeghe en Dirk de Wachter.

Waarom zijn dat nu profeten? dacht ik. Misschien: ze proberen altijd de waarheid te verkondigen. Ze proberen ons bewust te maken van hoe wij ons gedragen als maatschappij. Ze roepen dat we ons gedrag moeten veranderen als we gezond willen blijven en deze aarde gezond willen houden. Dat doen ze niet vanuit een christelijk oogpunt, maar vanuit hun eigen waarnemingen en hun ideaalbeeld van deze wereld.
Het volgende vind ik interessant. Ik vond een interview waarin Denys vertelde: “Het zou me helemaal niet verbazen als er na deze corona-crisis meer gelovigen bij zijn gekomen.”
Dat was onderdeel van zijn profetische boodschap. Hij dacht dat, naarmate onze zekerheden wegvallen, we vanzelf op zoek gaan naar iets buiten onszelf waar we veiligheid en zin in vinden. Kort gezegd: angst doet ons verlangen naar God. En inderdaad, het lijkt erop dat angst en eenzaamheid ons leven nu meer beheersen dan voorheen. Zou Denys gelijk krijgen? Zouden de kerken straks groeien?

Misschien voelt u ook wel een beetje weerzin bij dit idee. Iemand die zelf atheïst is, die ons vertelt dat onzekere en bange mensen de neiging hebben om gelovig te worden. Hoe zit dat met ons? Is het vreemd dat wij antwoorden op levensvragen aan een hogere macht overlaten? Past het bij deze tijd van wetenschap en individualisme om ons, samen, afhankelijk op te stellen tegenover God?

Aan de andere kant hoor ik juist sommige christenen zeggen: Ik denk dat de kerken een stuk leger zullen zijn als de deuren weer opengaan. Ook die gedachte komt volgens mij uit angst voort. Hoewel van een ander soort. Nu er geen sociale prikkel meer is, geen duidelijke traditie, zijn we bang dat het ons niet meer interesseert. Zonder continuïteit is het lastig vol te houden. Iets wat ik me ook goed voor kan stellen, zeker voor ouders die hun kinderen willen opvoeden met die traditie.

Wat mij betreft is de vraag: waar kunnen we beter bang voor zijn? Voor het verlies van onze vaste gewoontes of voor de hulpeloosheid die ons treft zonder God? Ik hoop dat meneer Denys gelijk krijgt, en dat we door deze crisis massaal in gaan zien dat er maar weinig echt zeker is in ons leven. Ik wil hiermee geen angst aanwakkeren, want er is gelukkig ook zoveel moois en goeds om van te genieten iedere dag. Maar een klein beetje angst, wat Verhaeghe als ‘arousal’ definiëert, is misschien juist precies wat we nodig hebben. Iets wat ons in beweging zet. En zou God dat ook niet met een bedoeling in ons denken gelegd hebben? (Maar misschien vindt u dat ik nu te ver ga, dat weet ik natuurlijk niet.) Het zou uiteindelijk naar Hem toe moeten leiden, naar onze redding. Het zou mooi zijn als elke hedendaagse profeet daarvan wist.

Ik hoop dat er op geloven vanuit dat beetje angst geen taboe meer zal liggen. Dat we ons daar niet voor schamen. En als we het geloven, dan is tegelijkertijd ook alle angst in één klap overbodig geworden. Ik hoop dat we binnenkort weer met een grote groep mensen met díe gedachte de kerken zullen vullen.

Christy Luth