Meditatie, 28 mei 2021

Geduldig

Dat is nou niet het eerste waar je aan denkt bij Job, dat hij geduldig is. Toch noemt Jakobus hem in een rijtje van geduldige mensen. De boer, die geduldig blijft wachten op de kostbare opbrengst van zijn land. De profeten die geduldig bleven, ook al moesten ze veel lijden. Als het over Job gaat, gebruikt Jakobus trouwens opeens een ander woord. Hij noemt Job niet geduldig, maar standvastig. Iemand met uithoudingsvermogen.

Heeft Jakobus dit voorbeeld wel goed gekozen? We hebben in de afgelopen kerkdiensten al een paar keer uit het boek Job gelezen. Alleen in het begin is Job geduldig. Als hij alles kwijt is geraakt, ook al zijn kinderen, zegt hij: ‘De HEER heeft gegeven, de HEER heeft genomen, de naam van de HEER zij geprezen!’ Als hij daarna ook nog eens ziek wordt, zegt hij tegen zijn vrouw: ‘Al het goede aanvaarden we van God, zouden we dan het kwade niet aanvaarden?’

Maar als Job daarna met zijn vrienden praat, verandert de toon van wat hij zegt enorm. Het is puur onrecht wat hem overkomen is, en hij eist van God een verklaring voor dit lijden zonder reden. Hij vindt dat hij deze behandeling niet verdient, en de suggestie van zijn vrienden dat hij toch wel iets verkeerds moet hebben gedaan wijst hij resoluut van de hand. In deze situatie vol vertrouwen op God wachten, wat zijn vrienden hem aanraden, dat vindt hij heel erg moeilijk.

Toch is Job wel een volhouder. Want wat hij er ook uitgooit, tegen zijn vrienden en tegen God, hij blijft het wel bij God zoeken. Ook al voelt hij zich oneerlijk behandeld, hij klampt zich aan God vast en zegt hem niet vaarwel. Het is bij Job inderdaad geen kruiperige, passieve onderwerping zonder vragen. Job vecht, stelt vragen, en protesteert, maar hij blijft geloven. Job is trouwens niet de enige die een protest laat horen. Ook de profeet Jeremia vond de taak die God hem gaf veel te zwaar.

Geduldig wil dus niet zeggen: lijdzaam, zonder klagen, berustend. Volhouden moet soms met de tanden op elkaar, en onder luid protest. Geduldig zijn wil niet zeggen: ik geef het op, laat maar zitten. Het betekent: ik wil dit volhouden, ik wil hier doorheen komen. En ik wil dat samen met God doen, hoe moeilijk ik dat ook vind. En ook al zit ik vol verwijten naar hem toe. Je hoeft negatieve emoties niet weg te stoppen, je boosheid niet in te slikken.

Dat maakt volhouden iets minder moeilijk. Het gaat er niet om dat je altijd een nette, vrolijke, gelovige indruk maakt. Voor de meesten (voor mij in ieder geval wel) zou dat betekenen: dat je je anders voordoet dan je bent. Dat je een gelovige gaat ‘spelen’. Dat is niet de bedoeling. Het gaat erom dat je, terwijl je trouw blijft aan jezelf, aan je emoties en gedachten, toch aan God vasthoudt. Dat je niet krampachtig probeert de juiste antwoorden te geven en de goede dingen te zeggen, theologisch ‘zuiver’ te zijn (wat dat ook is). Maar dat je eerlijk bent over je situatie en over je vragen naar God toe.

Dan is Job toch een voorbeeld van geduld, hoe ongeduldig en opstandig hij ook was. Dat wil niet zeggen dat we Job na moeten doen in alles wat hij deed. Ieder mens is anders, en niet al het lijden is hetzelfde. Je karakter speelt een rol, en wat je verder allemaal al hebt meegemaakt in je leven. Maar zo volhouden als Job, maar dan op je eigen manier, daar kun je wel een voorbeeld aan nemen. Als je zo standvastig bent, dan ben je gelukkig te prijzen, zegt Jakobus.

Dick Mak

Wil je op deze meditatie reageren, klik Reageren
Wil je eerdere reacties bekijken, klik Reacties bekijken (na zelf een reactie gegeven te hebben)