Meditatie, 22 mei

Een barmhartige koning

Gisteren vierden we hemelvaart. Geen dienst in een van de historische kerkgebouwen in Groningen of Drenthe. Geen gemeentedag. Wel een webdienst die we thuis konden volgen. Met een vleugje nostalgie.
We gingen er als Nederlanders wel massaal op uit. Zodat er op verschillende plekken teveel mensen waren en er ingegrepen moest worden. Maar op het Drenthepad, van Bruntinge naar Orvelte, was er rust en ruimte in overvloed. Zelfs een honderdmetersamenleving was daar nog mogelijk geweest.

Met hemelvaart vieren we dat Jezus koning is. Dat hij alle macht heeft in de hemel en op de aarde (Matteüs 28:18). Een psalm die vaak gezongen wordt met hemelvaart is Psalm 47. ‘God stijgt blinkend schoon met gejuich ten troon’ (Liedboek). Of, zoals ik deze psalm heb leren zingen: ‘God vaart voor het oog met gejuich omhoog’ (Gereformeerd Kerkboek). Het feest van Gods troonsbestijging.

De link met de hemelvaart van Jezus Christus is snel gelegd. In Handelingen lezen we dat Jezus voor de ogen van zijn leerlingen ‘omhooggeheven’ wordt en ‘opgenomen in een wolk, zodat ze hem niet meer zagen’. Wat je je daarbij ook moet voorstellen, duidelijk is dat Jezus niet meer onder ons is, ook al is hij nog steeds bij ons en met ons. Petrus heeft het over Jezus Christus, ‘die de hemel is binnengegaan en nu aan Gods rechterhand zit, terwijl de engelen, machten en krachten aan hem onderworpen zijn’ (1 Petrus 3:22).

In Psalm 47 hebben we met beeldspraak te maken. God stijgt niet letterlijk omhoog. Je kunt niet zeggen: toen en toen is God aan de macht gekomen. Sowieso kunnen we alleen maar in beelden over God praten. Sommige beelden spreken meer aan dan andere. Ik heb altijd een beetje moeite met het beeld van een omhoogstijgende God. Mijn probleem is dat ik het mij te letterlijk voorstel. Als ik me realiseer dat bedoeld is: God is koning, dan kan ik er beter mee uit de voeten.

Dan gaat het erover dat God deze wereld bestuurt. Niet mensen hebben het uiteindelijk voor het zeggen, maar God. Niet de natuurkrachten, zoals virussen of cyclonen, bepalen wat er gebeurt, maar God. Ons leven is in zijn hand.
Wat voegt Jezus’ hemelvaart daar nog aan toe? Ook in de tijd van het Oude Testament wist men al dat God genadig is en liefdevol (Psalm 145:8). Maar Jezus heeft dat in woord en daad onderstreept. En heeft laten zien hoeveel God er aan gelegen is om ons leven te geven. En hoe dichtbij hij wil zijn. En hoe hij afrekent met het kwaad in de wereld en in onszelf. ‘Laten we dus zonder schroom naderen tot de troon van de Genadige, waar we telkens als we hulp nodig hebben, barmhartigheid en genade vinden’ (Hebreeën 4:16).

Dick Mak