Meditatie, 21 juli

Dankbaar

Ik loop in mijn nieuwe huis en het is groot en prachtig. Na vijf lange jaren staat het er eindelijk. Het is nog niet af, maar de houtskeletbouwers hebben het er in twee overrompelende dagen neergezet en opeens kan ik nadenken over waar de bank gaat komen en waar zullen we gaan slapen? Ik geniet, meer dan ik verwachtte. Ik dacht dat ik er niet zo om gaf, maar ik ben dankbaar.

Twee dorpsbewoners komen kijken en bewonderen mee. Ze zijn oprecht blij voor ons en dat doet goed en tegelijk herkennen we elkaar in iets anders. We wonen in aardbevingsgebied en sommige mensen komen goed uit het moeizame proces van versterken en nieuwbouw, terwijl anderen nog wachten en vrezen. Hoe ben je dankbaar, terwijl je buren nog niet weten hoe het voor ze zal aflopen?

Ik besef dat dit een diepere laag raakt, die alles te maken heeft met God die leidt in vreugde en verdriet, in feest en rouw, in dankbaarheid en lijden en daarin dichtbij, maar tegelijk volstrekt ongrijpbaar is. Waarom krijg ik iets moois en een ander niet en waarom treft het lijden mij en gaat het aan een ander voorbij? Het is het verhaal van Prediker die betoogt dat elke poging om het te begrijpen zinloos is en dank voor goede perioden het enige dat rest.

Nog één andere gedachte. Theoloog Bram van der Beek schreef laatst in een column dat we God te lief maken. God is volgens hem vooral een God van recht. In onze situatie is dat van wezenlijk belang. Dat in ons dorp mensen ongelijk behandeld worden is een gevolg van schromelijk falen van de overheid en zeer onrechtvaardig. Dat God dat ziet en heeft beloofd om ten slotte ook daar recht te doen, laat ruimte voor woede over wat er niet eerlijk is en is tegelijk bijzonder troostvol.

Dus rest voor nu niets anders dan dankbaar te bepalen waar het bad precies moet komen. En bidden om eindelijk recht.

Margriet Hidding