Meditatie, 11 juni, 2021
“Een beeld zegt meer dan duizend woorden”.
Een mentaal beeld of metafoor kan ons soms helpen ons voor te stellen wie Jezus is. Jezus gebruikt geen abstracte begrippen en theorieën maar ontzettend veel metaforen om ons duidelijk te maken wie Hij is en wat Hij voor ons wil betekenen. Een paar voorbeelden;
- Ik ben het brood des leven.
- Ik ben het licht der wereld,
- Ik ben de goede herder.
Woordcultuur.
Onze protestantse traditie is historisch gezien vooral een woordcultuur. Bezig zijn met beeldend vermogen, met kunst, met je actief iets voor te stellen, zijn activiteiten van de geest die niet hoog worden (of werden) aangeslagen. We funderen ons geloof op leerstellingen, dogma’s of geschreven belijdenisgeschriften. Maar we doen nauwelijks een beroep op ons beeldend vermogen en ons voorstellingsvermogen.
Onze neiging om alles in begrippen te vangen en te definiëren is vooral een westerse gewoonte om grip te krijgen op de materie vanuit een beheersingsmotief. We willen de controle in handen hebben. Dat dit beheersingsmotief negatieve gevolgen heeft gehad blijkt wel uit onze geschiedenis van meerdere kerkscheuringen.
Geen gesneden beeld.
Er is ook wel wát voor te zeggen om voorzichtig te zijn met beelden en ons beeldend vermogen. Al in de 10 geboden wordt ons geleerd geen gesneden beelden te maken en daarvoor te buigen of die te vereren.
Als overdreven reactie op de wat ontaarde praktijk van gebruik van beelden in de rooms-katholieke traditie is in de protestantse traditie het beeld en het beeldend denken behoorlijk “uit beeld” geraakt. Achteraf moeten we constateren dat we soms het kind met het badwater hebben weggegooid en hebben proberen alle beelden te verbannen en alleen op het woord ( en de definities ervan) te geloven.
Functie van beelden, rituelen.
Elk beeld, symbool en ritueel moet ons helpen ons een beeld van God te krijgen en wat Hij wil betekenen in ons leven.
Beelden, symbolen en riten kunnen echter ook verworden tot formalisme. De vorm zelf wordt dan heilig in plaats waar het naar verwijst; (was dat ook niet de echte doel van de regel om geen gesneden beeld van God te maken?). Een ander gevaar is dat ze inhoudsloos worden en niemand zich echt maar iets kan voorstellen wat het betekent en het lege rituelen worden omdat het niet meer aansluit bij onze cultuur.
Maar positief gezien nodigt een metafoor, als bijvoorbeeld de herder, ons uit om ons in te beelden wat een herder zoal doet en hoeveel hij voor zijn schapen doet en hen beschermt. Een beeld als het water doet ons beseffen dat we zonder water niet kunnen leven. Water roept ook het beeld op van dorst hebben. Al deze beelden zetten ons voorstellingsvermogen inwerking. Dit voorstellingsvermogen is een “ondergeschoven kind” in onze geloofsbeleving. We hebben hebben het vaak over denken en voelen als tegenpolen in ons geloof; ons voorstellingsvermogen zou wel eens een brug kunnen zijn tussen die twee.
Oefening om met ons voorstellingsvermogen in een bijbelverhaal te duiken.
A. Lees bijvoorbeeld het verhaal van de Emmaüsgangers
B. Leef je helemaal in in een van de 2 Emmaüsgangers en zet je verbeeldingsvermogen in.
Dat zou als volgt kunnen en je gaat een bijbels scene helemaal omschrijven alsof jij het bent die naar Emmaüs gaat : Je bent bedroefd; je had hoge verwachtingen maar het is op een deceptie uitgelopen op een gruwelijke moordpartij. Gedesillusioneerd loop je terug naar huis, zwetend over stoffige wegen, misschien heb je wel dorst en honger. Vermoeid, misschien wel zwijgzaam, vechtend misschien wel tegen je tranen, een vreemde weemoed maakt zich van je meester. Dan komt er opeens een onbekend man je achterop lopen. Misschien raakt je geïrriteerd dat hij geen weet heeft van wat er in Jeruzalem is gebeurd. Maar dan begint hij te vertellen, je raakt verward, opeens raakt het je, er ontstaat er een onverwachte vlam in je, misschien raak je wel helemaal “holder de bolder”. Wie is die man? Je nodigt hem in je huis, hij mag niet weer weggaan, je klemt je als het ware aan hem vast en dat dan opeens een totale schok, je ziet de littekens in zijn handen. Je bent sprakeloos, overdondert, je ademt stokt in je keel dat kan toch niet waar zijn? Je leven staat ineens volledig op de kop etc.
C. Tips;
-
- We hebbend de neiging de bijbel achterstevoren te lezen. We weten bij voorbaat de uitkomst al, we lezen het verhaal met de uitkomst in geachten waardoor de essentie verloren dreigt te gaan. Beeld je het tafereel in als of je niet de uitkomst weet, als of je totaal verrast wordt door de uitkomst. Het is een gedachte-discipline maar die kan je wel eens veel dichter bij de tekst en de realiteit van het beschreven in de bijbel brengen.
- Je kan het elk bijbelverhaal herschrijven door zelf een van de personages helemaal uit te schrijven; wie het is, wat hij/zij denkt en voelt en beleeft. Je laat de tekst uiteraard gewoon in tact maar je kleurt het helemaal in alsof je er op dat moment bij bent met al je gedachten en gevoelens
- Ons getrainde abstract-denken (letterlijke betekent ab-stract = los van de werkelijkheid ) kan ook vaak een hinderpaal zijn om tot de essentie van het verhaal door te dringen. Niet de tekst analyseren en als toeschouwer naar het tafereel kijken met plaats jezelf in het verhaal als deelnemer alsof het nu gebeurt. Dat opent hele nieuwe perspectieven.
Peter Dijkstra
Wil je op deze meditatie reageren, klik Reageren
Wil je eerdere reacties bekijken, klik Reacties bekijken (na zelf een reactie gegeven te hebben)